Pagina's

dinsdag 27 maart 2012

Commissaris Aqualectra RDK schuilt mogelijk achter dekmantelbedrijf Pepmis

Curacao, 26 maart 2012

Op 3 maart was ik in een restaurant met een groep vrienden en werd ik op bedreigende en agressieve wijze aangestaard door een man aan een tafel tegenover mij. De aanstaarder was in die zin merkwaardig omdat de man met zijn rug naar mij toe zat. Hij moest zich dus op een ongemakkelijke manier omdraaien om mij aan te staren. Het gezelschap waarvan de man deel uitmaakte bestond uit negen mannen, die aan beide kanten van de tafel zaten. Toen ik de aanstaarder in de gaten kreeg en met mij de mensen aan mijn tafel, bleef ik hem ook aankijken in de hoop dat hij het aanstaren zou staken, maar de man ging nog opvallender en nog meer bedreigend kijken. Ik heb toen met mijn BB heel opvallend laten zien dat ik hem zou fotograferen, maar het leek alsof de man speciaal daarvoor ging poseren. Ik heb toen heel nadrukkelijk foto's van hem gemaakt en ook een filmpje van de bedreigende situatie.                                                                                                 Via foto-analyse kreeg ik het logo op het overhemd van een van de mannen aan tafel in beeld. Het was het logo van het bedrijf Pepmis. Informatie over de auto’s waarin de mannen wegreden geeft aan dat ze in gehuurde auto’s reden.  Na onderzoek over het bedrijf Pepmis, ontdekte ik dat alles weg had van een dekmantel, waarachter mogelijk een belangrijke sponsor en belangrijke relatie van Gerrit Schotte zit: Oswald van der Dijs.                                                                                                           Het eerste dat opvalt is dat Pepmis een bedrijf met een abnormaal brede doelstelling[i]is van technisch onderhoud tot koop, verkoop en huur van apparatuur in de olie-industrie alsook het verrichten van studies. Het bedrijf is opgericht op 24 november 2010, een maand na het aantreden van kabinet Schotte. Op de tweede plaats is de directeur van het bedrijf Pepmis, Eduardo Enrique Ochoa Perez, bij een ander bedrijf namelijk Lovers van Oswald van der Dijs productiemanager. Het bedrijf Pepmis waar Ochoa Perez directeur is heeft een veel groter werkterrein en zwaardere opdrachten dan het bedrijfje Lovers waar hij slechts manager is. Een onverklaarbare combinatie van tegenstrijdige functies.  Uit de website van Pepmis valt te lezen dat het bedrijf ontzettend veel en grote opdrachten heeft bij uiteenlopende bedrijven op Curacao; Curaçao towing company (KTK) (Mechanical), Dutch royal navy (Mechanical), Aqualectra (Mechanical), Selikor (Mechanical), Refinery “Isla de Curacao. http://pepmisservices.com/3.html Niet alleen op Curaçao maar ook in andere landen[1] is Pepmis erg actief bijvoorbeeld Venezuela (Caracas). De indrukwekkende lijst van opdrachten doet de vraag rijzen waar deze directeur Ochoa Perez de tijd vandaan haalt om ook nog productiemanager te zijn bij Lovers. Financieel kan hij het in ieder geval niet nodig hebben als directeur van Pepmis. Het is dus ronduit verdacht dat iemand die directeur is van een bedrijf met een abnormaal breed werkterrein en grote opdrachten bij een ander bedrijfje in dienst is als productiemanager.                                                                                                                                                    Ik vermoed daarom dat Ochoa Perez, directeur van Pepmis, slechts een stroman is van de eigenaar van bedrijf Oswald van der Dijs, want ook op facebook stelt hij zich slechts voor als productiemanager van Lovers sinds 2003. [2] Geen woord over Pepmis waar hij volgens het register van de KVK statutair directeur is.  Meneer Oswald van der Dijs, de oom van de levenspartner van Premier Gerrit Schotte, is Commissaris bij Aqualectra en RDK en kan dus zorgen voor opdrachten voor Pepmis zonder dat hij kan worden beschuldigd van belangenverstrengeling of erger.              Terug naar mijn aanstaarder. Die man en het hele gezelschap sprak Spaans. Ik veronderstel dat een groot deel van de werknemers uit Venezuela komt, maar omdat het bedrijf op Curaçao is opgezet gaat het door als lokaal. Mijn vermoeden wordt nog eens versterkt door een advertentie in de Extra van 26 maart 2012, waarin werknemers voor verschillende functies worden gevraagd met een merkwaardige eis: Nederlandse nationaliteit en vloeiend Engels en Spaans sprekend. Waarom moeten lasers, bankwerkers en pijpfitters van een Curaçaos bedrijf, vloeiend Engels en Spaans kunnen spreken? Misschien omdat de directeur en managers uit Venezuela afkomstig zijn? Of stelt men onhaalbare eisen, zodat men lokale arbeidskrachten kan afwijzen om vervolgens een vergunning aan te vragen om Venezolaanse arbeidskrachten aan te trekken?                                                                                                                                                                       Een ding is zeker: Something is rotten in Denmark en mijn aanstaarder is op een of ander manier gemeld, dat achter hem de vrouw zit die regelmatig rottigheid naar buiten brengt in het radioprogramma "Ata Palabra" en via ingezonden brieven. Misschien hoopte hij mij met zijn vijandige agressieve blik te imponeren, maar dan heeft men hem toch onvoldoende over mij ingelicht. Waar gaan we desalnietteman naartoe, met een lamgelegde veiligheidsdienst en waardoor de deur wijd open voor allerlei buitenlands gespuis zodat men niet eens meer rustig en gezellig uit eten kunnen gaan zonder op enigerlei wijze lastiggevallen te worden.

Omayra E.V. Leeflang

Geen opmerkingen:

Een reactie posten