Pagina's

vrijdag 27 januari 2012

Klacht wegens smaadschrift/laster tegen dhr. Helmin M. Wiels en dhr. Humphrey Zimmerman als hoofdredacteur Ultimo Notisia.

Willemstad, 26 januari 2012

Aan:  Het Openbaar Ministerie

T.a.v. Procureur Generaal mr. D. Piar

Wilhelminaplein 4
Geachte heer Piar,

Middels dit schrijven doet ondergetekende Omayra Victoria Elisabeth Leeflang, geboren te Curaçao op 23 december 1954, wonende te Van Kinsbergenlaan 5, aangifte wegens smaad,  laster en belediging.

Betreft de volgende feiten:

De ochtendkrant Ultimo Notisia en dhr. Helmin Wiels hebben zich verschillende malen schuldig gemaakt aan het opzettelijk aantasten van mijn goede naam en eer door beschuldigingen en verdachtmakingen te publiceren over mijn persoon in verband met het opleidingsschip Karla-Omayra. 

De volgende citaten onderbouwen mijn klacht:

Geval nr. 1. Ultimo Notisia 14 mei 2011 pag. 7: “’ Miéntras tantu e skandal rondó e barku Karla-Omayra a bolbe kuminsá hunga di nobo y a base di sirkunstanshanan nobo e aktual minister di enseñansa Lionel Jansen a pidi SOAB pa indagá di nobo den e skandal di e barku Karla-Omayra.”

’ Den pueblo tin un interogatorio grandi si ministerio públiko atrobe lo bolbe konsiderá e sirkunstansha no oportuno pa pèrsigui Omayra Leeflang.”

Geval nr. 2 Op 4 janauri 2012 publiceert de Ultimo Notisia in de rubriek Ban Papia Kla pag 15: “Awèl ta manera awe nos ta kòrda henter e asuntu di Carla Omayra aki, ku a bai korte te kaminda a bisa ku e no tabata oportuno pa investigá sra. Omayra Leeflang.

Geval nr 3. Ultimo Notisia 21 Yanüari 2012 pag 13: “Sra. Omayra Leeflang a dispidí miónes di florin riba e aventura di e barku Carla-Omayra, ku a haña e no mei di dje ku Min Carla Peis. Esun ku a zorg pa e fiansa pa Omayra su ‘’leermoment’’. Aki tampoko petishon di Dushi Kòrsou pa laga investigá.



Geval nr. 4. Op 3 Januari 2012 verklaart Helmin Wiels tijdens zijn dagelijks radioprogramma van Konenshi Sivil (de opname is beschikbaar), referend naar het project van het opleidingsschip de Karla-Omayra: “’ Omayra a violá artíkulo 372 bis di nos Kódigo Penal. Si 372 bis bai wak e.”’

Geval nr. 5. Op 23 januari 2012 verklaart Helmin Wiels tijdens het newsjournaal van CBA- television dat om 7 uur pm begint, weer refererend naar het project van het schip de Karla-Omayra, dat mijn broer dhr. Kenneth Leeflang de administratie uitvoerde, terwijl dat een pertinente leugen is. De opname is beschikbaar.

Gebaseerd op de hierna te noemen feiten acht ik genoemde publicaties en uitspraken ongegrond en daardoor een aantasting van mijn goede naam en eer. Bovendien zal de onderbouwing ook de opzettelijke bedoeling bewijzen van de aangeklaagden Humphrey Zimmerman, hoofdredacteur van Ultimo Notisia en parlementariër Helmin Magno Wiels, omdat beiden wisten dat hun uitspraken niet op waarheid konden berusten.

1.      Op 17 februari 2010 bericht de Hoofdofficier van Justitie aan dhr. Helmin M. Wiels met cc. aan Minister O. Leeflang naar aanleiding van aangiftebrieven van 15 januari 2010 en 2 februari 2010 ter zake de verkrijging van het schip, dat later Karla-Omayra gedoopt werd, het volgende: (..) Tot slot memoreert het openbaar ministerie dat van oplichting zoals door u gesteld, noch van enig andere strafrechtelijk relevante malafide gedraging of intentie aan de zijde van mevrouw Leeflang, op geen enkele wijze is gebleken. De door u gestelde omissie dat geen doorhaling in het scheepsregister te Singapore is verricht, kan, als dit inderdaad zou blijken het geval te zijn geen betrekking hebben op een hier te lande gepleegd strafbaar feit en zou overigens, voor zover bekend, slechts kunnen worden verweten aan de scheepseigenaar. Al het bovenstaande leidt tot de eindconclusie dat van een strafrechtelijk onderzoek en/ of vervolging van mevrouw Leeflang naar aanleiding van uw aangifte geen sprake kan zijn.(…)

2.      Op 13 april 2010 doet het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen een uitspraak naar aanleiding van het klaagschrift ex art. 15 van het wetboek van strafrecht van de Nederlandse Antillen. Dit klaagschrift was ingediend door dhr. Helmin M. Wiels, aangezien hij het niet eens was met de uispraak van het OM van 17 februari 2010, waarin ik werd vrijgesteld van rechtsvervolging wegens gebrek aan gronden.

Tijdens de behandeling op 30 maart 2010 zijn verschenen en gehoord: Helmin Wiels en J.C. Eisden. Het klaagschrift betrof de brief van 15 januari 2010 gericht aan de procureur-generaal tegen minister Omayra Victoria Elisabeth Leeflang (en andere ministers) wegens het plegen van een ambtsmisdrijf als bedoeld in artikel 372bis lid 1.3 en 4 Sr, oplichting, aannemen van een valse hoedanigheid en vervalsing en schending van de Staatsregeling en Comptabiliteitsverordening. Bij brief van 2 februari 2010 heeft Helmin Wiels weer op onderzoek in deze kwestie aangedrongen. Op 16 februari 2010 heeft Helmin Wiels bij het Hof een klacht ingediend wegen het niet vervolgen van de genoemde feiten. Bij brief van 24 februari 2010 heeft Helmin Wiels het Hof verzocht het openbaar ministerie te bevelen een daadwerkelijk en onafhankelijk onderzoek naar aanleiding van de aangifte in te stellen.



Het Hof oordeelt: 3.5 De gedingstukken bevatten geen concrete aanknopingspunten voor de stelling dat de minister zich in het kader van dit project aan oplichting of (naar het Hof begrijpt) valsheid in geschrifte heeft schuldig gemaakt. Voor een bevel tot vervolging of nader onderzoek ter zake van deze feiten bestaat dan ook geen grond.

3.      Beslissing: Het Hof wijst het beklag af.

4.      De beschikking is gegeven door drie rechters: mrs: Wattel, De Boer en De Haan, leden van het gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba en ten openbare terechtzitting van het Hof op Curaçao uitgesproken op 13 april 2010 in tegenwoordigheid van de griffier.

5.      Zaak nr. HAR 21/2010

Conclusie: De klachten van de Helmin Wiels zijn uitputtend uitgezocht en ongegrond verklaard. De uitspraken van zowel het Openbaar ministerie als van het Hof zijn openbaar gemaakt en bekend gemaakt aan Helmin Wiels. Daarom beschouw ik elke insinuatie van onregelmatigheden m.b.t. het project van het schip de Karla-Omayra, door de dhr., Humphrey Zimmerman als hoofd redacteur van de Ultimo Notisia en Helmin Wiels nodeloos diffamerend met als enig doel opzettelijk mijn te goede naam en eer aan te tasten.



Op basis van het voorgaande doe ik aangifte wegens smaad, laster en belediging tegen Helmin M. Wiels en dhr. Humphrey Zimmerman, hoofdredacteur Ulimo notisia.



Omayra V. E. Leeflang

Ex-minister van Onderwijs en Volksgezondheid van de Nederlandse Antillen.







































vrijdag 20 januari 2012

Deurwaarder wel of geen klokkenluider?

Omayra Leeflang, wijst naar jurisprudentie waaruit blijkt dat wanneer schending van geheimhoudingsplicht het algemeen belang dient, het onder bescherming van de klokkenluidersregeling valt. Medio vorig jaar werd een internationale ombudsman-conferentie gehouden op Curacao, dat ook dit onderwerp behandelde. Lees verder over deze interessante discussie in onderstaande link uit het Antilliaans Dagblad 20 januari 2012.
http://www.scribd.com/doc/78887309/Klokkenluider-Pagina-s-Van-AD-20-Januari-2012-PDF-Adobe-Acrobat-Pro-Extended

Integriteit bij openbaar bestuur by Ruben Suriel on Friday, January 20, 2012

Integriteit bij openbaar bestuur

Leraren, studenten, toehoorders en Panel-leden, Goeden avond
Het is voor mij een eer om u te mogen toespreken over:
Integriteit in lokale context.

Als spreker hebben we alleen 15 minuten, daarom zal ik in sneltrein vooral de dynamiek en scenarios omschrijven waar o.a. rekening mee moet worden gehouden als men over
Integriteit bij openbaar bestuur in Curacao praat.

Ik zal beginnen met een definitie van Integriteit bij openbaar bestuur waarbij ik een defenitie heb gekozen die zo dicht mogelijk ligt bij wat bij de gewone man op straat wordt beschouwd als “integer bestuur”.
Door tijd gebrek heb ik in de stad “at random” 20 mensen op straat gevraagd wat zij denken dat integer bestuur voor hun betekend:
De helft had heleboel moeite te definieren wat integriteit betekende.
En 50% zagen het min of meer als volgt:

Integriteit betekend dat “HET BESTUUR” publieke zaken afhandelt op een open (de mode woord transparant) en eerlijke manier.
Hierbij zijn voor mij 2 woorden belangrijk: Integriteit en Ethica.

Integriteit is een Interne systeem van regeltjes en wetten (de mens is integer). Wij doen wat juist is ook als niemand toekijkt.
Beloning is intrinsiek. Het doet je goed wanneer je denkt goed te hebben gehandeld.
Integer zijn is een keuze geen dwang.

Ethiek is een Externe systeem (instutionalisering) van regeltjes en wetten.
meestal is er beloning of straf aan verbonden.
In de mode bij Financiele Instellingen zijn committees die compliance monitored.

Bij Openbaar Bestuur probeert men een afstemming te bewerkstelligen tussen Integriteit en Ethiek.

Integriteit in wat voor soort Democratie?Als we een beetje kort door de bocht gaan kun je zeggen dat we t/m 250 jaar geleden, in de praktijk overwegend despotische systemen op de wereld hadden v.w.b. openbaar bestuur.


Dus minder dan 10 generaties geleden kenden we in de praktijk nog steeds een soort lijf-eigenen systeem al hoewel in verzachte vorm.
Op Curacao tot zwaar na de afschaffing van de slavernij kende de gemeenschap, zeker op het platteland, de “shon” mentaliteit. De slaaf was na 1863 op papier vrij, maar bleef op het erf van de plantage eigenaar wonen.
Pas bij de komst van de Olierafinaderij na 1908 kon je echt zeggen dat de “social fiber”, sociale verhoudingen drastisch ging veranderen. Het Patronage systeem bleef echter lang doorgonzen, eigenlijk in geheel 20ste eeuw.

Medio vorige eeuw kun je zeggen dat we langzaam een soort “Democratie van Eliten” gingen opbouwen dat eigenlijk goed paste met het al bestaande “patronage systeem”, maar eigenlijk niet goed rijmde met modernere concepten van “integer bestuur”.
Dit is een historisch perspektief, zeer kort door de bocht

In strakke draf ga ik nu over op
enkele hedendaagse invloeden die Integer bestuur bemoeilijken in Curacao. Ze zijn niet in volgorde van belangrijkheid.
  • Aanmerkelijke invloed van corporate managers op regelgeving en handhaving van regels en wetten. (Rafinage en mileu aspecten en Medische wereld als er ongelukken gebeuren).
  • Accountability issues bij grote bedrijven in kleine gemeenschappen belanden vaak in een moeras als het rechten van de massa betreft.
  • In de praktijk zijn de wetten van een land niet neutraal (socialistische leest, liberale leest). (assymetrie in knowhow en financiele middelen
  • In de praktijk ondermijnd kapitaal meestal de rechten van de massa.
  • Kleinschaligheid en insulair denken lijkt laatste tijd steed grotere invloed te krijgen op het eiland (o.a. 20/80 regel). Wij zien de zelfde tendensen (ik noem ze son-of-the soil” achtige scties) als in de periode 1969-1985.
  • In kleine landen (10 10 10 is een aanzienelijke schaalverkleining 220 naar 140 duizend opgetreden) moet men extra opletten op Oligopolies en Momopolies die soms niet vermeden kunnen worden.
  • In kleine gemeenschappen hebben weinig mensen eigenlijk invloed op teveel zaken in het land.
  • Iets waar steeds meer op gelet moet gaan worden is RENTSEEKING in onze gemeenschap
    Men focussed laatste tijd veel meer HOE men zelf een steeds grotere koek willen toedelen in plaats van te zorgen dat de koek op Curacao groter wordt.

Verde wil ik iest zeggen v.w.b. bestuur voor en na 10 10 10
Wij komen van een 2 lagen systeem
een laag van Beleid en Kader (star, log en burocratisch, starkkere scheiding van machten) en
een laag van uitvoering, dynamisch “on the ball besturen omdat het volk elke dag “is breathing down everyday on the neck demanding service”.

Mijn perceptie is dat het nieuwe bestuurs model veel weg heeft van Land Nederlandse Antillen (Strak en Burocratisch). Het overheerst en het dynamiek dat men vroeger gewend was bij het eiland is een beetje in verdrukking. Het overgangs proces naar het “nieuw bestuur” verloopt moeizaam.

Als laatste: Aanbevelingen
1. een sterk ethisch cultuur krijg je door een sterke toon zetting aan de top en het strak doorvoeren van “Policies en procedures”.
-goede communicatie met de ambtenaar
- leiding geven door voorbeeld te geven moet het toonbeeld
zijn;
- Een veilige mechanisme hebben om overtredingen te melden.
2. Auditors in en buiten de overheid moeten de weg wijzen (gevraagd en ongevraagd)in het vaststellen van een cultuur van Accountability, integriteit en transparantie.
3. Een goed opgezette klokkenluiders programma moet komen die o.a. ook confidentiality moet garanderen.
4. Veel meer interactie met partners in het Koninkrijk. Rekeninghoudende dat het Koninkrijk al eeuwen tot de top 20 landen van de wereld behoord qua parameters die levenskwaliteit van de mens positief beinvloeden
Mijn dank voor uw aandacht

Januari, 2012 UNA
by Ruben Suriel on Friday, January 20, 2012 at 6:44am

woensdag 18 januari 2012

Rancune politiek regering Schotte nekt plannen nieuw ziekenhuis


11 augustus 2011 beloofde ministers Schotte en Constancia dat de plannen voor een nieuw ziekenhuis niet meer stuk konden

‘’De gestelde eisen voor de bouw van het nieuwe ziekenhuis en de inschrijvingsprocedure passen niet in het sociale-, economische- en volksgezondheidsbeleid. Dat schrijft ingenieursbureau Westlord & Partners in een brief aan het kabinet-Schotte. Het bureau twijfelt ook aan de haalbaarheid van de ambitieuze bouwplanning. Een geleidelijke overgang van tien jaar zou beter zijn.” (18 januari 2012)

De eerste stap naar deze ramp werd gezet op de eerste werkdag van regeing Schotte.

In 2009 werd de stichting FHN opgericht met de opdracht om de bouw voor een nieuw ziekenhuis voor te bereiden en te begeleiden, naar het model van het bekroonde Deventer Ziekenhuis. Met behulp van deskundigen is een plan op touw gezet om het nieuwe ziekenhuis in 2015 te verwezenlijken. Dit gebeurde echter onder het toeziend oog van de vorige regering onder PAR, PNP en FOL.

Omdat alles van de vorige regering moest worden stopgezet zelfs als daar geen enkele redelijk argument voor te vinden was, zijn de plannen voor het nieuwe ziekenhuis op 11 oktober, de eerste werkdag van de nieuwe regering, direct door ministers Constancia en Jamaloodin van de regering Schotte stopgezet. De afspraak was dat de plannen en de financiering binnen twee weken tijd geëvalueerd zouden worden. Na ruim een maand had de stichting geen reactie van de regering ontvangen. Wel deden enkele ministers nog voordat de evaluatie was begonnen negatieve uitspraken over de plannen voor het ziekenhuis in de media. Zo zouden de kosten voor het ziekenhuis te hoog zijn en het huidige plan voor het hospitaal zou onuitvoerbaar zijn.

Na het horen van deze uitspraken hebben de bestuursleden van de FHN hun ontslag middels een brief ingediend bij de regering. De regering kreeg daarbij wederom twee weken de tijd voor het aanstellen van een nieuw bestuur voor de stichting. Op 1 november verzocht minister Constancia de FHN om de regering tot 3 november de tijd te geven voor het antwoord op deze brief, maar wederom haalde de regering de deadline niet.

De horror-koning van de partij Pueblo Soberano die dagelijks zijn leden tracteert op een schunnige moppen tijdens zijn dagelijks radioprogramma veegde de vloer aan met de voorzitter van de stichting Proffesor dr. Bob Pinedo, Oncoloog. Volgens Wiels had de stichting een metselaar moeten inhuren als voorzitter. Die heeft immers verstand van bouwen.

Op 20 oktober ( de regering Schotte zit dan 10 dagen) schrijft de redactie van het AD, een pittige redactioneel artikel over de gemiste kans.

Als het bestuur van Fundashon Hospital Nobo (FHN) echt opstapt, zoals ze in een schrijven aan de nieuwe regering heeft meegedeeld, dan is de kans dat het nieuwe ziekenhuis er eindelijk komt ineens een heel stuk kleiner geworden. Natuurlijk kan de coalitie zeggen dat ze zelf met een ander bestuur de draad oppakt en uiteraard zal zij de bevolking beloven dat Curaçao zijn nieuwe hospitaal krijgt, maar de vraag is levensgroot of dit ook daadwerkelijk gaat lukken. Want het zittende onbezoldigde bestuur met de internationaal vermaarde oncoloog professor Bob Pinedo als voorzitter aan het hoofd, geniet in eigen land en vooral daarbuiten bijzonder veel aanzien en kan met allerlei steun van derden veel voor elkaar krijgen wat voor de meeste anderen vrijwel onbegonnen werk is.
Dat het zover is gekomen, heeft het kabinet-Schotte aan zichzelf te wijten. Natuurlijk mag en moet een pas aangetreden regering de tijd krijgen en nemen om zich in de materie te verdiepen en er eigen analyses op los te laten. Maar dan moet minister George Jamaloodin (MFK) van Financiën niet nog dezelfde dag tegenover de media verklaren dat het ‘te duur’ is. Hij trekt al een conclusie vóórdat de door hemzelf gewenste verdieping überhaupt kan plaatsvinden. Als hij dan tegelijk verklaart niet een tweede BOO-affaire en tweede luchthaven te willen, dan is het voorstelbaar dat het bestuur met dergelijke zwaargewichten zijn conclusies trekt. De regering van MFK/PS/MAN gooit daarmee niet alleen de eigen ruiten in, het ontneemt tevens de bevolking de mogelijkheid van een nieuw ziekenhuis waar het na vele jaren voor het eerst echt reëel zicht op heeft. Dat is meer dan een wens. Het is een noodzaak, gezien de staat waarin het sterk verouderde Sint Elisabeth Hospitaal (Sehos) zich bevindt. (…)

We zijn nu twee jaar verder, januari 2012, en ondanks de stellige belofte  van minister Constancia dat het ziekenhuis in 2015 de deuren zal openen, begrijpt een kind dat het niet haalbaar is. Er is nog geen kapitaal, er is zelfs nog geen bouwontwerp en ook het terrein is nog niet aangewezen laat staan bouwrijp gemaakt. Dit wordt bevestigd door de ingenieursbureau Westlord & Partners, zaols blijkt uit het artikel uit de krant Amigoe van 16 januari 2012. En het argument dat het vorige plan te duur was wordt nu ook de huidige regering in de schoenen geschoven. De voorspelling is uitgekomen:’’De kans dat het nieuwe ziekenhuis niet meer komt.”





‘’De gestelde eisen voor de bouw van het nieuwe ziekenhuis en de inschrijvingsprocedure passen niet in het sociale-, economische- en volksgezondheidsbeleid. Dat schrijft ingenieursbureau Westlord & Partners in een brief aan het kabinet-Schotte. Het bureau twijfelt ook aan de haalbaarheid van de ambitieuze bouwplanning. Een geleidelijke overgang van tien jaar zou beter zijn.” (18 januari 2012)
De eerste stap naar deze ramp werd gezet op de eerste werkdag van regeing Schotte.
In 2009 werd de stichting FHN opgericht met de opdracht om de bouw voor een nieuw ziekenhuis voor te bereiden en te begeleiden, naar het model van het bekroonde Deventer Ziekenhuis. Met behulp van deskundigen is een plan op touw gezet om het nieuwe ziekenhuis in 2015 te verwezenlijken. Dit gebeurde echter onder het toeziend oog van de vorige regering onder PAR, PNP en FOL.
Omdat alles van de vorige regering moest worden stopgezet zelfs als daar geen enkele redelijk argument voor te vinden was, zijn de plannen voor het nieuwe ziekenhuis op 11 oktober, de eerste werkdag van de nieuwe regering, direct door ministers Constancia en Jamaloodin van de regering Schotte stopgezet. De afspraak was dat de plannen en de financiering binnen twee weken tijd geëvalueerd zouden worden. Na ruim een maand had de stichting geen reactie van de regering ontvangen. Wel deden enkele ministers nog voordat de evaluatie was begonnen negatieve uitspraken over de plannen voor het ziekenhuis in de media. Zo zouden de kosten voor het ziekenhuis te hoog zijn en het huidige plan voor het hospitaal zou onuitvoerbaar zijn.
Na het horen van deze uitspraken hebben de bestuursleden van de FHN hun ontslag middels een brief ingediend bij de regering. De regering kreeg daarbij wederom twee weken de tijd voor het aanstellen van een nieuw bestuur voor de stichting. Op 1 november verzocht minister Constancia de FHN om de regering tot 3 november de tijd te geven voor het antwoord op deze brief, maar wederom haalde de regering de deadline niet.
De horror-koning van de partij Pueblo Soberano die dagelijks zijn leden tracteert op een schunnige moppen tijdens zijn dagelijks radioprogramma veegde de vloer aan met de voorzitter van de stichting Proffesor dr. Bob Pinedo, Oncoloog. Volgens Wiels had de stichting een metselaar moeten inhuren als voorzitter. Die heeft immers verstand van bouwen.
Op 20 oktober ( de regering Schotte zit dan 10 dagen) schrijft de redactie van het AD, een pittige redactioneel artikel over de gemiste kans.
Als het bestuur van Fundashon Hospital Nobo (FHN) echt opstapt, zoals ze in een schrijven aan de nieuwe regering heeft meegedeeld, dan is de kans dat het nieuwe ziekenhuis er eindelijk komt ineens een heel stuk kleiner geworden. Natuurlijk kan de coalitie zeggen dat ze zelf met een ander bestuur de draad oppakt en uiteraard zal zij de bevolking beloven dat Curaçao zijn nieuwe hospitaal krijgt, maar de vraag is levensgroot of dit ook daadwerkelijk gaat lukken. Want het zittende onbezoldigde bestuur met de internationaal vermaarde oncoloog professor Bob Pinedo als voorzitter aan het hoofd, geniet in eigen land en vooral daarbuiten bijzonder veel aanzien en kan met allerlei steun van derden veel voor elkaar krijgen wat voor de meeste anderen vrijwel onbegonnen werk is.
Dat het zover is gekomen, heeft het kabinet-Schotte aan zichzelf te wijten. Natuurlijk mag en moet een pas aangetreden regering de tijd krijgen en nemen om zich in de materie te verdiepen en er eigen analyses op los te laten. Maar dan moet minister George Jamaloodin (MFK) van Financiën niet nog dezelfde dag tegenover de media verklaren dat het ‘te duur’ is. Hij trekt al een conclusie vóórdat de door hemzelf gewenste verdieping überhaupt kan plaatsvinden. Als hij dan tegelijk verklaart niet een tweede BOO-affaire en tweede luchthaven te willen, dan is het voorstelbaar dat het bestuur met dergelijke zwaargewichten zijn conclusies trekt. De regering van MFK/PS/MAN gooit daarmee niet alleen de eigen ruiten in, het ontneemt tevens de bevolking de mogelijkheid van een nieuw ziekenhuis waar het na vele jaren voor het eerst echt reëel zicht op heeft. Dat is meer dan een wens. Het is een noodzaak, gezien de staat waarin het sterk verouderde Sint Elisabeth Hospitaal (Sehos) zich bevindt. (…)
We zijn nu twee jaar verder, januari 2012, en ondanks de stellige belofte  van minister Constancia dat het ziekenhuis in 2015 de deuren zal openen, begrijpt een kind dat het niet haalbaar is. Er is nog geen kapitaal, er is zelfs nog geen bouwontwerp en ook het terrein is nog niet aangewezen laat staan bouwrijp gemaakt. Dit wordt bevestigd door de ingenieursbureau Westlord & Partners, zaols blijkt uit het artikel uit de krant Amigoe van 16 januari 2012. En het argument dat het vorige plan te duur was wordt nu ook de huidige regering in de schoenen geschoven. De voorspelling is uitgekomen:’’De kans dat het nieuwe ziekenhuis niet meer komt.”
De gestelde eisen voor de bouw van het nieuwe ziekenhuis en de inschrijvingsprocedure passen niet in het sociale-, economische- en volksgezondheidsbeleid. Dat schrijft ingenieursbureau Westlord & Partners in een brief aan het kabinet-Schotte. Het bureau twijfelt ook aan de haalbaarheid van de ambitieuze bouwplanning. Een geleidelijke overgang van tien jaar zou beter zijn.
Westlord & Partners is een lokaal bedrijf. Directeur is Franklin Crestian. Het bedrijf heeft zich ingeschreven om deel te nemen aan de gunning voor de bouw van het nieuwe ziekenhuis. Het is echter niet geselecteerd voor de volgende ronde.
De voorbereidingsperiode is gesteld op zes maanden. Volgens Westlord & Partners is het in een dergelijke periode onmogelijk om overleg te plegen met belanghebbende partijen. Het ziekenhuis zal volgens het bureau dan ook gebouwd worden op ervaringen van bedrijven in het buitenland en zal of kan derhalve geen rekening houden met de lokale omstandigheden. Ook stelt het dat de uitvoeringsperiode van twee jaar te kort en dus niet haalbaar is.  

Zorg in gevaa
r
Deze overgang in een korte tijd is alleen haalbaar als voor de begeleiding ongeveer 500 personen worden ingeschakeld. De zorg zou hierdoor zeer sterk in gevaar komen, aldus Westlord & Partners. Bovendien ziet het bedrijf de locatie naast de Universiteit van de Nederlandse Antillen (UNA) als een lastige hobbel. “Het nieuwe ziekenhuis bouwen naast de UNA brengt zodanige kosten met zich mee dat deze niet op te brengen zijn met het aangaan van een openbare obligatielening”, aldus de brief.
Volgens Westlord & Partners wordt de economie van Curaçao niet gediend met een uitvoeringsperiode van tweeënhalf jaar. “Beter is het om in een geleidelijke overgang van tien jaar naar het nieuwe ziekenhuis te werken.” Het bureau heeft berekend dat een nieuw ziekenhuis bij het huidige St. Elisabeth Hospitaal (Sehos) voordeliger zou zijn. Het ziekenhuis naast de UNA zou de gemeenschap 66,5 miljoen gulden per jaar kosten. Een nieuw ziekenhuis bij het Sehos raamt het bureau op 47,5 miljoen gulden per jaar.
Het bureau voorziet grote problemen indien er toch op het terrein naast de universiteit wordt gebouwd. Zo zou de goede landbouwgrond waar voor de watervoorziening zeer veel geïnvesteerd is, niet meer bruikbaar zijn. De grond ligt erg laag en loopt bij hevige waterval onder. Het vochtige terrein trekt muskieten en andere insecten aan die niet goed zijn bij een ziekenhuis. Tot slot zou de infrastructuur van zowel transport als elektra, water en data problemen geven.

850 miljoen gulde
n
Volgens Westlord & partners is er 850 miljoen gulden nodig om het terrein in gebruik te kunnen nemen. De Curaçaose economie kan dit bedrag niet opbrengen. Het werk zal voornamelijk door buitenlandse bedrijven worden gedaan. Dit komt de lokale economie niet ten goede.
Tot slot
Dit is de prijs die de bevolking van het nieuwe land Curacao betaalt voor de rancune politiek van Premier Gerrit Schotte en zijn patners van de Pueblo Soberano en MAN; namelijk dat het nieuwe ziekenhuis nog heel lang op zich zal laten wachten.
 Op de foto: USONA directeur dhr Doran, Premier Gerrit Schotte en Minister van Volksgezondheid Jacinta Contancia tijdens de stellige belofte dat de plannen voor een nieuw ziekenhuis in kannen en kruiken waren.
http://www.youtube.com/watch?feature=player_embedded&v=VamFbtzbfpQ#! Ook een filmpje werd geproduceerd om te overtuigen dat de plannen gewoon niet stuk konden.
L.O.V.E (18 Januari 2012)















maandag 16 januari 2012

AFSPRAKENLIJST INTERPARLEMENTAIR KONINKRIJKSOVERLEG



AFSPRAKENLIJST INTERPARLEMENTAIR KONINKRIJKSOVERLEG

Philipsburg, 10-13 januari 2012

In het presidiumoverleg is afgesproken dat:

-       de beraadslagingen openbaar zijn;

-       aan het slot van de bijeenkomst een afsprakenlijst wordt vastgesteld en ondertekend.

Ten aanzien van de actiepunten uit het Interparlementair Koninkrijksoverleg (IPKO) van juni 2011 is het volgende besproken.

De actiepunten uit juni 2011 zijn afgedaan, met uitzondering van de volgende punten:

1. de delegaties spreken af dat zij op basis van de conclusies van de Koninkrijksconferentie van december 2011 binnen twee weken na afronding van het IPKO zullen bezien of de passages inzake het buitenlandse beleid nog aanleiding geven voor vervolgstappen. De leden G.R. Herdé (Aruba) en A. Bosman (Nederland) nemen hiertoe het initiatief en rapporteren hierover aan het IPKO.

2. de werkgroep Onderwijs gaat door met haar werkzaamheden. De uitkomsten zullen worden geagendeerd voor het IPKO van juni 2012. De afstemming binnen de werkgroep zal met name via e-mail plaatsvinden (met de voorzitters van de commissies voor Koninkrijksrelaties copie conforme), indien nodig gevolgd door een videoconferentie;

3. de werkgroep Energie gaat eveneens door met haar werkzaamheden. De uitkomsten zullen worden geagendeerd voor het IPKO van juni 2012. De afstemming binnen de werkgroep zal met name via e-mail plaatsvinden (met de voorzitters van de commissies voor Koninkrijksrelaties copie conforme), indien nodig gevolgd door een videoconferentie. De delegatie van Curacao is voornemens een conferentie over energie te organiseren.

Op het beleidsterrein van vervoer in het Caribische gebied zijn de volgende conclusies getrokken:

De delegaties spreken af dat er een werkgroep zal worden ingesteld die de problematiek nader in kaart zal brengen. Het gaat daarbij om de "wat-vragen", en om de problematiek in het Caribische deel van het Koninkrijk. Onderdeel van de rapportage van de werkgroep zal/zullen zijn één of meer concrete concept-verzoeken aan de regeringen van de betrokken landen om de geconstateerde problemen zo veel mogelijk op te lossen. De onderwerpen die de werkgroep in ieder geval in beschouwing zal nemen zijn: de hoogte van luchthavenbelasting, reisdocumenten, de kosten van vliegtickets en (de hoogte van) invoerrechten. Hierbij zal onder meer ook aandacht worden besteed aan vrachtvervoer over zee tussen de diverse eilanden, en de vervoersproblematiek van de BES-eilanden zal in kaart worden gebracht. Het rapport van de werkgroep zal aan het IPKO worden uitgebracht en voor het komende IPKO worden geagendeerd. De wergroep bestaat uit de leden P.G. Illidge (Sint Maarten), tevens voortrekker, D. Rozier (Curaçao), A.C.G. Bikker (Aruba) en F.E. van Kappen (Nederland). Plaatsvervangende leden zijn R.A.G. Douglass (Sint Maarten),E.M.D. Eisden (Curaçao), E. Briesen (Aruba) en W. van Gent (Nederland). De afstemming binnen de werkgroep zal met name via e-mail plaatsvinden (met de voorzitters van de commissies voor Koninkrijksrelaties copie conforme), indien nodig gevolgd door een videoconferentie.



De Nederlandse delegatie zegt toe dat een aantal leden van de Nederlandse delegatie vragen zullen stellen aan de Nederlandse regering over de prijsverschillen van vliegtickets van Nederland naar verschillende bestemmingen in het Caribisch gebied. Ook zullen vragen worden gesteld over de hoogte van de luchthavenbelasting. De te ontvangen informatie zal na ontvangst worden toegestuurd aan de delegaties. De delegaties van Aruba, Curaçao en Sint Maarten zullen ter onderbouwing van de vragen van de Nederlandse delegatie over de prijsverschillen van de vliegtickets eerst achtergrondinformatie aan de Nederlandse delegatie toesturen. Het lid Van Gent kan als contactpersoon fungeren.



Op het beleidsterrein van gezondheidszorg zijn de volgende conclusies getrokken:

De delegaties spreken af een werkgroep in te stellen om de problematiek met betrekking tot gezondheidszorg nader te onderzoeken. De werkgroep zal met voorstellen komen om concrete stappen te zetten in het verbeteren van de gezondheidszorg in het Koninkrijk. De werkgroep zal bezien waar samenwerking mogelijk is om een betere gezondheidszorg te bieden aan de bevolking van de landen van het Koninkrijk. De bestaande samenwerkingsverbanden dienen als basis voor deze samenwerking. De werkgroep zal uiterlijk 15 maart 2012 rapport uitbrengen aan het IPKO en bestaat uit de leden M.G. Ras (Aruba), tevens voortrekker, D. Rozier (Curaçao), W. van Gent (Nederland) en L.J. Richardson (Sint Maarten). Plaatsvervangende leden zijn de leden M. Kelly (Aruba), A. Thodé (Curaçao), M.Y. Linthorst (Nederland) en P.L. De Weever (Sint Maarten). De afstemming binnen de werkgroep zal met name via e-mail plaatsvinden (met de voorzitters van de commissies voor Koninkrijksrelaties copie conforme), indien nodig gevolgd door een videoconferentie. Uitgangspunt is dat de landen samenwerken met respect voor ieders eigen traject.

Op het beleidsterrein van jeugd en jongeren zijn de volgende conclusies getrokken:

De delegaties van Aruba, Nederland en Sint Maarten spreken af een werkgroep Jeugd en Jongeren in te stellen. Deze werkgroep zal voorstellen doen inzake een aantal concrete deelonderwerpen. Deze onderwerpen zijn:

1. Preventie;

2. Kinderrechten; en

3. Seksuele voorlichting.

De werkgroep zal uiterlijk 15 maart 2012 rapport uitbrengen aan het IPKO en bestaat uit de leden M.J. Lopez-Tromp (Aruba), tevens voortrekker, C.A. Ortega-Martijn (Nederland) en R.G. Douglass (Sint Maarten). Plaatsvervangende leden zijn de leden A.M. Sneek (Aruba), W. Hachchi (Nederland) en P.G. Illidge (Sint Maarten). De afstemming binnen de werkgroep zal met name via e-mail plaatsvinden (met de voorzitters van de commissies voor Koninkrijksrelaties copie conforme), indien nodig gevolgd door een videoconferentie.



Ten aanzien van het onderwerp Statuut is de volgende conclusie getrokken:

De delegaties spreken af dat het Statuut, zoals recentelijk gewijzigd, vooralsnog gehandhaafd blijft.



Ten aanzien van het onderwerp Rijkswetprocedure en consensusrijkswetten zijn de volgende conclusies getrokken:

De delegaties van Aruba, Nederland en Sint Maarten hebben tijdens de vergadering hun eigen standpunten met betrekking tot dit onderwerp bekend gemaakt. Deze delegaties willen de Rijkswetprocedures in de huidige vorm handhaven, zolang het Statuut hierbij in acht genomen wordt.

Deze delegaties onderschrijven de huidige consensusrijkswetprocedure, met dien verstande dat de parlementen van de landen eerder worden betrokken bij voorgenomen consensusrijkswetten.

Het proces met betrekking tot deze onderwerpen zal verder in de nationale parlementen worden voortgezet en niet geagendeerd worden voor het eerstvolgende IPKO.

Bij de bespreking van dit punt uit de concept-afsprakenlijst heeft een meerderheid van de delegatie van Curaçao, met uitzondering van de heer D. Jackson (PAR), de vergadering verlaten.

Ten aanzien van het onderwerp geschillenregeling zijn de volgende conclusies getrokken:

De delegaties van Aruba, Nederland en Sint Maarten zijn tevreden over het feit dat een geschillenregeling in voorbereiding is, naar aanleiding van de motie Yrausquin/Herdé (Kamerstukken II 2009-10, 32 213 (R1903), nr. 14). Deze delegaties zullen er bij hun regeringen op aandringen om die zo spoedig mogelijk tot stand te laten komen.



Ten aanzien van het onderwerp waarborgfunctie zijn de volgende conclusies getrokken:

De delegaties van Aruba, Nederland en Sint Maarten willen de waarborgfunctie zoals neergelegd in het Statuut behouden. In eerste instantie is het een taak van de landen om de fundamentele menselijke rechten en vrijheden, de rechtszekerheid en de deugdelijkheid van het bestuur te verwezenlijken en pas in laatste instantie (ultimum remedium) een aangelegenheid van het Koninkrijk.



Ten aanzien van het onderwerp goed bestuur en integriteit in de landen van het Koninkrijk zijn de volgende conclusies getrokken:

De delegaties van Aruba, Nederland en Sint Maarten onderschrijven het belang van goed bestuur en integriteit door middel van checks and balances. Deze delegaties onderkennen dat de primaire taak ligt bij de verschillende parlementen en dat er in alle landen reeds stappen worden gezet om goed bestuur en integriteit te verbeteren.

Desgewenst kunnen deze delegaties elkaar waar mogelijk ondersteunen door onder andere het uitwisselen van best practices. De landen kunnen ook bilateraal op het gebied van deugdelijkheid van bestuur en integriteit met elkaar samenwerken. Deze delegaties zijn voorts van mening dat goed bestuur een proces is dat bij voortduring bewaking verdient.

De delegaties van Aruba, Nederland en Sint Maarten agenderen de volgende onderwerpen voor het volgende Interparlementair Koninkrijksoverleg:

·        Onderwijs;

·        Energie;

·        Gezondheidszorg;

·        Vervoer in het Caribische gebied;

·        Jeugd en jongeren;

·        Goed bestuur en integriteit;

·        Voorstellen uit het rapport “ Kiezen voor het Koninkrijk”.

Het volgende Interparlementair Koninkrijksoverleg zal van 5 tot en met 8 juni 2012 plaatsvinden in Den Haag. Het daaropvolgende IPKO zal in beginsel plaatsvinden op Curacao van 8 tot en met 11 januari 2013. Plaats en tijd zullen tijdens het IPKO in Den Haag van juni 2012 definitief worden vastgesteld.





Philipsburg, 13 januari 2012







P.F.T. Croes                                     B.I. van der Burg                                            G.R. Arindell

(Aruba)                                              (Nederland)                                                    (Sint Maarten)





BIJLAGE I

Leden van de deelnemende delegaties



Leden delegatie Staten van Aruba



drs. Paul F.T. Croes, Voorzitter Staten Voorzitter delegatie, AVP

drs. G.R. Herdé, Ondervoorzitter delegatie, AVP

Mevr. C.N. Velasquez, AVP

D.R. Rasmijn, AVP

A.M. Sneek, AVP

J.D.E. Yrausquin, AVP

Mevr. mr E.C. Wever-Croes, MEP

mr Juan E. Thijsen, MEP

mr A.C.G. Bikker, PDR

mevr. drs. M.J. Lopez-Tromp, Onafhankelijk

Mevr. Drs. M.G. Ras, Onafhankelijk

Drs. C.A.S.D. Wever, Onafhankelijk



Griffier

Mevr. mr Jacqueline A. Bastien-Sherman





Leden delegatie Staten van Curaçao



 Drs. I. Asjes Voorzitter Staten, PS

 D. Rozier, Ondervoorzitter delegatie, MFK

 A. Thode, MFK

 Drs. D. Jackson, PAR

 H. Wiels, PS

 Mevr. E.M.D. Eisden, MAN

 H. Davelaar, PNP

 A. Godett, FOL



Griffier

mr. S. Cijntje





Leden delegatie Staten-Generaal van Nederland



Eerste Kamer:

Mevr. drs. M.Y. Linthorst, Ondervoorzitter delegatie, PvdA

Mevr. Prof. dr. S.C. van Bijsterveld, CDA

Generaal-majoor der mariniers b.d. F.E. van Kappen, VVD

P. Van Dijk, PVV



Tweede Kamer:

Mevr. dr. B.I. van der Burg, Voorzitter delegatie, VVD

Mevr. I. van Gent, GroenLinks

Mevr. drs. W. Hachchi, D66

Mevr. C.A. Ortega-Martijn, BA, ChristenUnie

Mr. J. Recourt, PvdA

E. Lucassen, PVV

B.J. van Bochove, CDA

A. Bosman, VVD

dr. A.A.G.M van Raak, SP



Griffiers

mr. T.N.J. De Lange

mr. F.IJ. Wolf





Leden delegatie Staten van Sint Maarten



Mevr. Drs. Gracita Arrindell, Voorzitter Staten, voorzitter delegatie, UP

Roy Marlin, Voorzitter Commissie Koninkrijksrelatie, DP

W.V. Marlin, NA

P.G. Illidge, Onafhankelijk

F.G. Richardson, Onafhankelijk

Mevr. R.A.G. MD, Douglass, UP

P.L. De Weever, DP

JC. James, UP

J.E. Leonard, UP

Mevr. S.V Meyers-Ollivacce, UP

R.J. Laville, UP

G.C. Pantophlet, NA

L.J. Richardson, MD, NA

L.E. Laveist, NA

H.L. Richardson, NA



Griffier

mr lic. J.D. Semeleer

Mevr. mr N.R. Joubert

Mr. A.V.D. Bell


Komunikado ku ta papia di 22 mw mientras realidat ta 7 mw


 

KOMUNIKADO DI PRENSA



E siman aki Aqualectra a terminá e kòntrakt di hur di 22 MW di e mashinnan di  disel di Aggreko



E siman aki Aqualectra a terminá e kontrakt di hür di 22 MW di mashinnan di disel di Aggreko. Esaki debí ku Aqualectra a logra di oumentá su propio kapasidat di koriente dor di mantenshon i otro akshonnan pa oumentá e kapasidat.

Mientrastantu to negoshando un kontrakt nobo pa e sobra 22 MW di Aggreko pa un periodo mas, te ora ku e parke di mulina kuminsá funshoná.

Aktualmente e turbinanan di Mundu Nobo ta produsí un total di 52 MW i 22 MW Aggreko. Na Dokweg tin un kapasidat di 23.5i na e planta di Refineria Isla tin un kapasidat 13.1, CUC 2.5 Ku ta un total di 113.1 MW .

E kantidat di MW ku Aqualectra ta produsí bou di sirkunstanshanan normal ta sufisiente pa kubri e pik di tur dia ku por garantisá suministro di koriente pa nos klientenan .



Atentamente,

Sharo Bikker,

Aqualectra Dept. di Komunikashon,

5154169/4625968

11 yanüari 2012